Koppel persoonlijke en gedeelde CIFS-mappen aan uw NAS vanaf een andere NAS of Windows- en Mac-computers.

CURSUSDOELSTELLINGEN

Na het afwerken van deze cursus moet u het volgende kunnen:

1. CIFS-mappen aankoppelen vanaf een andere NAS.
2. CIFS-mappen aankoppelen vanaf Windows- of Mac-computers.

VOORWAARDEN

Cursusvoorwaarden:

NAS 102: Inleiding op protocollen voor bestandsoverdracht

Van studenten wordt verwacht dat zij beschikken over een actieve kennis van:

SMB

OVERZICHT

1. Andere NAS-mappen mounten als CIFS-mappen

1.1 Een gepersonaliseerde CIFS-map aankoppelen

1.2 Een gedeelde CIFS-map aankoppelen

2. De Mac-mappen mounten als CIFS-mappen

3. De Windows-mappen aankoppelen als CIFS-mappen

4. Gedeelde CIFS-mappen beheren

4.1 Een gedeelde CIFS-map bewerken

4.2 Gedeelde toegangsrechten voor CIFS-mappen bewerken

4.3 Een gedeelde CIFS-map afkoppelen

4.4 Opnieuw verbinding maken met een gedeelde CIFS-map

1. Andere NAS-mappen mounten als CIFS-mappen

NAS-beheerders of gebruikers kunnen mappen van andere apparaten op hetzelfde LAN mounten als gedeelde of persoonlijke CIFS-mappen, die op elk moment toegankelijk zijn in de ADM Explorer.

1.1 en gepersonaliseerde CIFS-map aankoppelen

Het mounten van een persoonlijke CIFS-map stelt u in staat om een bepaalde map van een andere NAS te nemen en deze te mounten in uw eigen bestandsmap. Alleen de gebruiker die de gemounte map heeft aangemaakt, kan deze map bekijken. Andere gebruikers op de NAS kunnen deze map niet bekijken.

STAP 1

• Selecteer [Bestandsverkenner] op het bureaublad van ADM.

STAP 2

• Klik op het pictogram in de onderstaande afbeelding en selecteer vervolgens [Koppel persoonlijke CIFS map].

STAP 3

• Voer het adres van de externe map in en voer vervolgens de gebruikersnaam en het wachtwoord in.
• Automatisch mounten bij opstarten van systeem: U kunt selecteren of de map automatisch moet worden gemount bij het opstarten van het systeem. Als u dit item niet hebt ingeschakeld, wordt de CIFS-map automatisch verwijderd wanneer het systeem de volgende keer opstart.
• Klik op [OK] wanneer u klaar bent.

STAP 4

• Ga naar [Bestandsverkenner] [CIFS map] om te zien dat je toegang hebt tot de bestanden in de map.

1.2 Een gedeelde CIFS-map aankoppelen

Alleen NAS-beheerders kunnen gedeelde CIFS-mappen mounten en bepalen welke gebruikers toegang hebben tot de map.

STAP 1

• Klik op [Bestandsverkenner] op het ADM-bureaublad. Klik op het pictogram in de onderstaande afbeelding en selecteer vervolgens [Koppel gedeelde CIFS map].

STAP 2

• De sectie [Gedeelde mappen] onder Toegangsbeheer zou nu zichtbaar moeten zijn. Selecteer [CIFS map] een klik vervolgens op de knop [Mount].

STAP 3

• Vul de velden in voor [Naam], [Remote map], [Gebruikersnaam] en [Wachtwoord].
• Automatisch mounten bij opstarten van systeem: U kunt selecteren of automatisch mounten bij het opstarten van het systeem moet gebeuren. Als u dit item niet hebt ingeschakeld, wordt de CIFS-map automatisch verwijderd wanneer het systeem de volgende keer opstart.
• Klik op [Volgende] wanneer u klaar bent.

Opmerking: De gebruikersnaam en het wachtwoord voor de externe map die u wilt mounten.

STAP 4

• Selecteer de toegangsrechten voor uw gedeelde map en klik vervolgens op [Volgende].

STAP 5

• Bevestig uw instellingen en klik vervolgens op [Voltooien].

STAP 6

• Ga naar [Bestandsverkenner] [CIFS map] om te zien dat je toegang hebt tot de bestanden in de map.

2. De Mac-mappen mounten als CIFS-mappen

STAP 1

• Als u een map op uw Mac wilt configureren als gedeelde map, selecteert u [Systeemvoorkeuren] [Delen].

STAP 2

• Selecteer [Bestand delen] en klik vervolgens op de knop [+].

STAP 3

• Selecteer de map die u wilt mounten en klik vervolgens op [Toevoegen].

STAP 4

• Klik op [Opties...].

STAP 5

• Schakel het selectievakje [Aan] in en voer dan een wachtwoord in voor het mounten van de map op uw NAS. Klik op [Gereed] wanneer u klaar bent.

STAP 6

• Nu kun je een persoonlijke map voor jezelf mounten of een gedeelde map mounten zodat anderen deze kunnen bekijken. Als je een persoonlijke map wilt mounten, raadpleeg dan de sectie 1.1 Een gepersonaliseerde CIFS-map aankoppelen.
• Een succesvol gemounte persoonlijke CIFS-map is te zien in de onderstaande afbeelding.

• Als u een gedeelde map wilt mounten, raadpleeg dan sectie 1.2 Een gedeelde CIFS-map aankoppelen.
• Een succesvol gemounte gedeelde CIFS-map is te zien in de onderstaande afbeelding.

3. De Windows-mappen aankoppelen als CIFS-mappen

STAP 1

• Om een gedeelde map aan te maken in Windows, klik je eerst met de rechtermuisknop op een map en selecteer je vervolgens [Eigenschappen].

STAP 2

• Ga naar het tabblad [Delen] en klik vervolgens op de knop [Delen...].
• Selecteer [Iedereen] in het vervolgkeuzemenu en klik vervolgens op de knop [Toevoegen].

• Configureer het toestemmingsniveau als Lezen of Lezen/Schrijven. Klik op de knop [Delen] zodra u klaar bent.

STAP 3

• Klik op de knop [Gereed].

STAP 4

• Nu kun je een persoonlijke map voor jezelf mounten of een gedeelde map mounten zodat anderen deze kunnen bekijken. Als je een persoonlijke map wilt mounten, raadpleeg dan de sectie 1.1 Een gepersonaliseerde CIFS-map aankoppelen.
• Een succesvol gemounte persoonlijke CIFS-map is te zien in de onderstaande afbeelding.

• Als u een gedeelde map wilt mounten, raadpleeg dan sectie 1.2 Een gedeelde CIFS-map aankoppelen.
• Een succesvol gemounte gedeelde CIFS-map is te zien in de onderstaande afbeelding.

4. Gedeelde CIFS-mappen beheren

4.1 Een gedeelde CIFS-map bewerken

• Om de instellingen voor een gedeelde CIFS-map te bewerken, gaat u naar het ADM-bureaublad en selecteert u [Toegangsbeheer] [Gedeelde mappen] [CIFS map] [Bewerken].

Opmerking: De gebruikersnaam en het wachtwoord kunnen niet worden gewijzigd bij een succesvolle verbinding. Het kan alleen worden gewijzigd wanneer de verbinding met een map wordt verbroken.

4.2 Gedeelde toegangsrechten voor CIFS-mappen bewerken

• Om de toegangsrechten voor een gedeelde CIFS-map te bewerken, gaat u naar het ADM-bureaublad en selecteert u [Toegangsbeheer] [Gedeelde mappen] [CIFS map] [Toegangsrechten].

4.3 Een gedeelde CIFS-map afkoppelen

• Om een gedeelde CIFS-map te unmounten, selecteert u op het ADM-bureaublad [Toegangsbeheer] [Gedeelde mappen] [CIFS map] [Afmelden].
• Klik op [OK].

4.4 Opnieuw verbinding maken met een gedeelde CIFS-map

• Om een gedeelde CIFS-map opnieuw te verbinden, gaat u naar het ADM-bureaublad en selecteert u [Toegangsbeheer] [Gedeelde mappen] [CIFS map] [Opnieuw verbinden].

Opmerking: De toets [Opnieuw verbinden] kan alleen worden gebruikt wanneer een losgekoppelde map is geselecteerd. Deze kan niet worden gebruikt wanneer een verbonden map is geselecteerd.